vervoeging van
fundar

fundáis

  1. tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fundar


vervoeging van
fundir

fundáis

  1. aanvoegende wijs tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fundir
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fundir
vervoeging van
fundirse

fundáis

  1. aanvoegende wijs tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fundirse
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fundirse