felsen
- fel·sen
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘metalen platen omvouwen en vastslaan’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1860 [1] [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
felsen |
felste |
gefelst |
zwak -t | volledig |
felsen [3]
- overgankelijk (metalen platen) omvouwen en vastslaan
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
de felsen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord fels
- Het woord felsen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "felsen" herkend door:
24 % | van de Nederlanders; |
13 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ "felsen" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ felsen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be