familiarizásemos

vervoeging van
familiarizar

familiarizásemos

  1. aanvoegende wijs eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van familiarizar
vervoeging van
familiarizarse

familiarizásemos

  1. aanvoegende wijs eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van familiarizarse