vervoeging van
familiarizar

familiarices

  1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van familiarizar
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van familiarizar
vervoeging van
familiarizarse

familiarices

  1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van familiarizarse
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van familiarizarse