Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • faal·ri·si·co's
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de faalrisico'smv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord faalrisico
     De techniek is met name aantrekkelijk als men faalrisico's van de sanering wil minimaliseren (robuust), snel klaar wil zijn en stoom al op de (bedrijfs)locatie aanwezig is.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen