excasso
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ex·cas·so
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Italiaans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | excasso | excasso's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (financieel) het betalen van rekeningen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord excasso staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.