Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ex-vrouw
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van vrouw met het voorvoegsel ex-
enkelvoud meervoud
naamwoord ex-vrouw ex-vrouwen
verkleinwoord ex-vrouwtje ex-vrouwtjes

Zelfstandig naamwoord

de ex-vrouwv

  1. een vrouw waarmee je vroeger getrouwd was
    • Hij moest alimentatie betalen aan zijn ex-vrouw. 
    • Ook na de scheiding was hij eigenlijk nog steeds dol op zijn ex-vrouw. 

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be