esquive v

  1. (spreektaal) ontwijkende beweging
    «J’ai commencé un peu à discuter avec Lucile mais au bout de 5 minutes, elle m’a tapé l’esquive
    Ik begon een beetje met Lucile te praten maar na vijf minuten krabbelde ze terug. [1]


vervoeging van
esquivar

esquive

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esquivar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esquivar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esquivar
vervoeging van
esquivarse

esquive

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esquivarse
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esquivarse
  3. gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esquivarse