vervoeging van
esparcir

esparza

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esparcir
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esparcir
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van esparcir