Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • erw·ten·bed
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord erwtenbed erwtenbedden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het erwtenbedo

  1. deel van een (moes)tuin waar erwten groeien

Gangbaarheid

61 % van de Nederlanders;
73 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be