Nederlands

 
ereloge voor de leden van het koninklijk huis
Uitspraak
Woordafbreking
  • ere·lo·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ereloge ereloges
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de erelogev / m

  1. speciale afgezonderde plaatsen voor de belangrijkste gasten bij een optreden
    • Ik schenk mijn twee kaarten voor de ereloge in de Ziggodome aan de oude dame die ooit door Gerad werd aangereden. Zij heeft het meer verdiend dan ik. Ik hoop dat ik de vrouw nog op tijd kan lokaliseren. [1] 
    • Donald Trump kwam met een patriottische boodschap in zijn eerste State of the Union. Het werd een ‘troonrede’ waarbij de economische successen in Amerika werden opgesomd en geregeld helden in de ereloge bij First Lady Melania Trump in het zonnetje werden gezet of bemoedigend werden toegesproken. [2] 
    • De afstand tussen de ereloge en de nooduitgang is nog nooit zo klein geweest, zei Wim Kok in 1994, vanuit het Torentje terugkijkend op de verkiezingen en de formatie. [3] 

Gangbaarheid

66 % van de Nederlanders;
83 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Tubantia 19 augustus 2016 Pierre geeft Josti-kaartjes aan slachtoffer aanrijding Geer
  2. De Telegraaf H. Stam 31 januari 2018 ’Troonrede’ Trump: vooral successen
  3. Tubantia H. Goslinga 18 december 2010 Cohen kan met nieuwe doorbraak succes boeken
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be