entres
- tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van entrer
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van entrer
entres
- aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van entrar
- gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van entrar