vervoeging van
engurruñar

engurruñásemos

  1. aanvoegende wijs eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van engurruñar
vervoeging van
engurruñarse

engurruñásemos

  1. aanvoegende wijs eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van engurruñarse