eierkrans
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ei·er·krans
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eierkrans | eierkransen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de eierkrans m
- (anatomie) vrouwelijk orgaan dat de onbevruchte eicellen bevat
Synoniemen
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord eierkrans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eierkrans" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
76 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be