1. Ecstasy in allerlei kleuren.
  • ec·sta·sy
  • van Engels ecstasy, om het euforische effect aan te duiden, in het Nederlands aangetroffen vanaf 1985 (zie vindplaats hieronder) [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord ecstasy -
verkleinwoord ecstasy'tje ecstasy'tjes

de ecstasyv / m

  1. opwekkend roesmiddel met 3,4-methyleendioxymethamfetamine (MDMA) in tabletvorm, vooral gebruikt bij dancefeesten
    • De jonge moeder Renée vertelde hoe ze op haar dertiende op hockeyfeestjes aan alcohol begon, doorschakelde naar blowen en ecstasy om een stevige ghb-verslaving op te lopen. [2]
    • Zodra een designer drug wordt, verboden wijzigen de makers eenvoudig de moleculaire samenstelling en dan is het middel weer legaal. Toen Ecstasy op de lijst van verboden middelen kwam pasten zij dit foefje ook toe en verscheen Eve op de markt. [3]
  • Het woord wordt meestal gebruikt als stofnaam en het verkleinwoord als aanduiding voor een afzonderlijk pilletje.
75 % van de Nederlanders;
74 % van de Vlamingen.[4]


enkelvoud meervoud
ecstasy ecstasies

ecstasy

  1. extase


  • IPA: /ɛkstazi/
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  ecstasy     l'ecstasy     ecstasys     les ecstasys  

ecstasy v

  1. xtc


ecstasy v

  1. xtc