Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • duo·de·ci·mo
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord duodecimo duodecimo's
verkleinwoord duodecimootje duodecimootjes

Zelfstandig naamwoord

duodecimo o [2]

  1. traditioneel papierformaat van 24 bladzijden gesneden, verkregen door één vel in twaalven te vouwen

Gangbaarheid

27 % van de Nederlanders;
30 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen