duizelingwekkend
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dui·ze·ling·wek·kend
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van duizeling en wekkend
Bijvoeglijk naamwoord
duizelingwekkend
- waar ze duizelig van wordt
- Toen hij bij de rand van de afgrond stond zag hij in een duizelingwekkende diepte van wel 1000 meter.
Gangbaarheid
- Het woord duizelingwekkend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.