Nederlands

 
driezitsbank
Uitspraak
Woordafbreking
  • drie·zits·bank
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord driezitsbank driezitsbanken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de driezitsbankv / m

  1. (meubel) bank die gemaakt is om er met drie personen op te zitten
     Normaliter heeft een Rolls twee zitplaatsen op de achterbank, maar in de Cullinan is een volwaardige driezitsbank (de ‘Lounge Seat’) leverbaar.[2]
     Tien dagen nadat de van oorsprong Litouwse nagelstyliste Edita Butkeviciut (30) in de Schotse stad Aberdeen op straat werd verpletterd door een naar beneden gegooide driezitsbank, ligt de vrouw nog altijd in het ziekenhuis om te herstellen van ernstige verwondingen.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Niek Schenk
    “Gewaagd: met een Rolls-Royce het terrein in” (26-10-2018), Tubantia
  3.   Weblink bron
    Tom Tates
    “Nagelstyliste verpletterd door van dak gegooide driezitsbank: ‘Een geluk dat ze nog leeft’” (17-12-2019), Tubantia