drieëndertigjarig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: drieëndertigjarig (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdrijənˌdɛrtəxˌjarəx / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- drieën·der·tig·ja·rig, drie·en·der·tig·ja·rig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende afleiding van drieëndertig ht en jaar zn met het achtervoegsel -ig
stellend | |
---|---|
onverbogen | drieëndertigjarig |
verbogen | drieëndertigjarige |
partitief | drieëndertigjarigs |
Bijvoeglijk naamwoord
drieëndertigjarig
- 33 jaren durend
- Gedurende dit drieëndertigjarig tijdperk heerste er vrede.
- met de leeftijd van 33 jaar
- Bij de brand viel helaas een drieëndertigjarig slachtoffer.
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord drieëndertigjarig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.