doorworstelen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- door·wor·ste·len
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van door bw en worstelen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorworstelen |
worstelde door |
doorgeworsteld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
doorworstelen [1]
- met veel moeite iets hebben doorstaan of volbracht, worstelend dringen door
- Hij heeft zich door de school heen geworsteld.
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorworstelen |
doorworstelde |
doorworsteld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
doorworstelen [2]
- overgankelijk verder worstelen; worstelend te boven komen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord doorworstelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "doorworstelen" herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be