doorhalen
- door·ha·len
- samenstelling van door en halen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorhalen /'dɔːrɦalə(n)/ |
haalde door /'ɦaldə 'dɔːr/ |
doorgehaald /'dɔːrɣəɦalt/ |
zwak -d | volledig |
doorhalen
- overgankelijk een streep ergens doorheen zetten
- De spelfouten in het dictee werden doorgehaald.
- inergatief niet slapen
- De jongens gebruikten keta en hebben doorgehaald.
1. een streep ergens doorheen zetten
2. niet slapen
- Het woord doorhalen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "doorhalen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be