Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • doop·re·gis·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord doopregister doopregisters
verkleinwoord doopregistertje doopregistertjes

Zelfstandig naamwoord

het doopregistero

  1. register waarin de namen van de gedoopte kinderen, hun geboortedag en de namen van hun ouders en van de getuigen worden ingeschreven

Meer informatie

Gangbaarheid