donderdagen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: donderdagen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- don·der·da·gen
Zelfstandig naamwoord
de donderdagen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord donderdag
Achterhoeks
Zelfstandig naamwoord
donderdagen
- meervoud van donderdag
Nedersaksisch
Zelfstandig naamwoord
donderdagen
- meervoud van donderdag