domesticatie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- do·mes·ti·ca·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit Frans domestication.[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | domesticatie | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (biologie) de door herhaalde teeltkeuze adaptatie van wilde dieren en planten tot leven in intieme omgang met en ten voordele van de mens
Verwante begrippen
Vertalingen
1. temming tot huisdier of cultuurgewas
|
Gangbaarheid
- Het woord domesticatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "domesticatie" herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ domesticatie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be