vervoeging van
disfrazar

disfrace

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van disfrazar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van disfrazar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van disfrazar
vervoeging van
disfrazarse

disfrace

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van disfrazarse
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van disfrazarse
  3. gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van disfrazarse