• di·a·lec·to·lo·gie
enkelvoud meervoud
naamwoord dialectologie -
verkleinwoord - -

dedialectologiev

  1. (taalkunde) de wetenschap die regionale verschillen tussen taalvariëteiten bestudeert
    • De dialectologie heeft veel interessante boeken geproduceerd. 
     De tekst met wederzijdse rechten en plichten werd vertaald door de ’prezedent’ van de vzw Variaties, de Koepelorganisatie voor Dialecten en Oraal Erfgoed in Vlaanderen, die samenwerkt met het Seminarie voor Nederlandse Taalstudie en Dialectologie van de UGent.[1]
  1. Bronlink Weblink bron
    jta
    “Gent huwt eerste koppels in de streektaal” (15/07/2011), De Standaard