dekstro
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dek·stro
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dekstro | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het dekstro o
- stro waarmee men gewassen beschermt tegen de vorst
- stro dat men gebruikt als dakbedekking
Hyperoniemen
- [2] dakbedekking
Gangbaarheid
- Het woord dekstro staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dekstro" herkend door:
68 % | van de Nederlanders; |
66 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be