decoreert
- de·co·reert
vervoeging van |
---|
decoreren |
decoreert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van decoreren
- Jij decoreert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van decoreren
- Hij decoreert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van decoreren
- Decoreert!
- Het woord decoreert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.