• cy·ber·ac·ti·vi·teit
enkelvoud meervoud
naamwoord cyberactiviteit cyberactiviteiten
verkleinwoord

de cyberactiviteitv

  1. (internet) bedrijvigheid via het internet (meestal gebruikt voor ongewenste bezigheden)
     De NAVO laat in een reactie tegenover persbureau Reuters weten dat het "iedere dag kwaadaardige cyberactiviteit waarneemt".[1]
     Maar wat is dan het nut van dit soort wethandhavingsacties? „De druk opvoeren op tot nu toe onwillige providers en landen om meer te gaan doen aan de bestrijding van de cyberactiviteit van IS”, aldus de politie-woordvoerder. „Er zijn te veel bedrijven die ongestoord geld verdienen aan het ruimte bieden aan criminele organisaties voor activiteiten op internet. Niet voor niets meldde Europol onlangs openlijk namen van providers die hierbij betrokken waren.”[2]
  1.   Weblink bron “Russische hackgroep zou phishingaanvallen hebben uitgevoerd op de NAVO” (31 maart 2022) op nu.nl  
  2.   Weblink bron
    Kees Versteegh
    “Europol voorbarig: IS heeft weinig last van aanval op cyberstructuur” (2 mei 2018) op nrc.nl