confidentieel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- con·fi·den·ti·eel
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van confidentie (met het voorvoegsel con-) met het achtervoegsel -eel
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | confidentieel | confidentiëler | confidentieelst |
verbogen | confidentiële | confidentiëlere | confidentieelste |
partitief | confidentieels | confidentiëlers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
confidentieel [1]
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord confidentieel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "confidentieel" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be