cicatrizare
vervoeging van |
---|
cicatrizar |
cicatrizare
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van cicatrizar
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van cicatrizar
vervoeging van |
---|
cicatrizarse |
cicatrizare
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van cicatrizarse
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van cicatrizarse