vervoeging van
censurer

censure

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van censurer
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van censurer
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van censurer


vervoeging van
censurar

censure

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van censurar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van censurar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van censurar