Spaans

Werkwoord

vervoeging van
carcajear

carcajee

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van carcajear
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van carcajear
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van carcajear