calcineerden
- cal·ci·neer·den
vervoeging van |
---|
calcineren |
calcineerden
- meervoud verleden tijd van calcineren
- Wij calcineerden.
- Jullie calcineerden.
- Zij calcineerden.
- Wij calcineerden.
- Het woord calcineerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.