vervoeging van
calcinar

calcinara

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van calcinar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van calcinar
vervoeging van
calcinarse

calcinara

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van calcinarse
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van calcinarse