Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • buig·punt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord buigpunt buigpunten
verkleinwoord buigpuntje buigpuntjes

Zelfstandig naamwoord

het buigpunto

  1. (natuurkunde) kracht waarbij een materiaal ombuigt
  2. (wiskunde) punt waarin de kromming van een lijn van teken verandert [1]
    • in een buigpunt verandert de vorm van de kromme van hol (concaaf) in bol (convex) of omgekeerd 
Vertalingen

Gangbaarheid

91 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen