braden
- bra·den
- In de betekenis van ‘gaar maken op vuur’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
- Voorheen behoorde het werkwoord tot klasse 7: braden - bried - gebraden
- ..er werd gerstedrank in bereid, terwijl sommige krijgsgevangen vleesch brieden.[2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
braden |
braadde (bried[3]) |
gebraden |
klasse 7
zwak -d
|
volledig |
braden
- overgankelijk, (kookkunst) vlees bereiden door het in olie of vet te verhitten
- - Zij braadde de hamlapjes in gebruinde boter.
- - Vlees kun je braden ander voedsel verhitten in olie of vet heet bakken.
- ergens de boter uit braden
niet hard werken (letterlijk: boter smelt makkelijk en je krijgt er dus makkelijk vet uit)
1. vlees bereiden door het in vet te verhitten
- Het woord braden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "braden" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "braden" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Ons vaderland: Historisch-Romantische Schetsen uit de Vaderlandsche Geschiedenis G. Engelberts Gerrits 1844
- ↑ Verouderd
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be