bosspelletjes
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bosspelletjes (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbɔsspɛləcəs / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- bos·spel·le·tjes
Zelfstandig naamwoord
de bosspelletjes mv
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bosspel
Gangbaarheid
- Het woord 'bosspelletjes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.