Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • borg·som
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord borgsom borgsommen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de borgsomv / m

  1. som geld die door iemand wordt gestort om te garanderen dat hij zijn verplichtingen zal voldoen
  2. in het bijzonder: som geld die een gevangene betaalt ter garantie dat hij in gevangenschap zal terugkeren
    • De borgsom die hij betalen moest bedroeg $300.000.-. 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be