bole
Niet te verwarren met: Bole, Bohle, bôle, bøle |
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bo·le
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bole | boles |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (Jiddisch-Hebreeuws) (voeding) bepaald zoet gebak
Verwante begrippen
- Jiddisj-Nederlands: bolus
Gangbaarheid
- Het woord 'bole' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
Engels
Uitspraak
Woordafbreking
- bole
Woordherkomst en -opbouw
- Bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord [A]: Afkomstig van het Latijnse zelfstandige naamwoord bolus (= een klont aarde). [1]
- Zelfstandig naamwoord [B]: Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord bolr, verwant met het Duitse zelfstandige naamwoord Bohle.
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
bole | more bole | most bole |
Bijvoeglijk naamwoord
bole
- (kleur) een roodbruine tint
Synoniemen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
[A]+[B] | bole | boles |
Zelfstandig naamwoord
[A] bole
- (plantkunde) bolus (een fijne, vettige kleiaarde)
Schrijfwijzen
Synoniemen
Hyperoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
- Lemnian bole
- red bole
Zelfstandig naamwoord
[B] bole
Schrijfwijzen
Synoniemen
Verwante begrippen
Verwijzingen
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /bɔlɛ/
Woordafbreking
- bo·le
Zelfstandig naamwoord
bole