boertje

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  boertje    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈburcə / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• boer·tje

Zelfstandig naamwoord

het boertje o

1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord boer

Uitspraak

• Geluid:  boertje    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• boert·je

Zelfstandig naamwoord

het boertje o

1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord boert

Gangbaarheid

• Het woord boertje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "boertje" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.