• (IPA in voorbereiding)
  • boe·ren·kro·kus
enkelvoud meervoud
naamwoord boerenkrokus boerenkrokussen
verkleinwoord boerenkrokusje boerenkrokusjes

de boerenkrokusm

  1. (bloemplanten) Crocus tommasinianus   een plant uit de lissenfamilie (Iridaceae  ). Van nature komt deze plant voor op kalkrijke grond tussen 1000 en 1500 meter hoogte in Zuid-Hongarije, Kroatië, Bosnië, Servië, en Bulgarije. Het is een soort die regelmatig in tuinen wordt aangeplant en sinds de 19e eeuw is ingeburgerd. In Nederland is het een typische stinsenplant die voornamelijk te vinden is op buitenplaatsen en stinsen