Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bo·dem·be·dek·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bodembedekking bodembedekkingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bodembedekkingv

  1. plantengroei die de blote aarde dicht bij de grond bedekt
  2. de wijze waarop een bodem bedekt is
     Bij de eerste inbraak werden ook een grote ton konijnenvoer en een pak bodembedekking voor in een konijnenverblijf meegenomen. Bij een andere kinderboerderij, enkele kilometers verderop, werd diezelfde Nieuwjaarsnacht een konijnenhok gestolen.[2]
     Dergelijke praktische problemen zullen bij Everest geen probleem zijn. "Het is meer de symbolische waarde", erkent Lesparre. "Maar we willen wel van ieder punt op aarde weten hoe hoog het is. Er zijn allerlei toepassingen, bijvoorbeeld bij klimaatsimulaties. Daarbij wil je voor luchtstromen weten hoe hoog het is en wat de bodembedekking is."[3]
  3. materiaal waarmee een harde koude ondergrond wordt afgedekt
     De dienst voerde ruim 300 inspecties uit bij vergunninghouders, zoals universiteiten, academische ziekenhuizen, onderzoeksinstellingen en farmaceutische bedrijven. Ruim een derde van de inspecties was niet aangekondigd. Drie vergunninghouders kregen een waarschuwing: twee omdat de dieren niet genoeg bodembedekking in hun hok hadden, de derde vanwege onvolkomenheden in de registratie van de dagelijkse controles van de dieren.[4]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Dieven komen terug om gestolen konijn om te ruilen” (Dinsdag 10 januari, 08:54), NOS
  3.   Weblink bron
    Lambert Teuwissen
    “'De top is niet het probleem bij het meten van Everest'” (Donderdag 22 juni 2017, 20:15), NOS
  4.   Weblink bron “Minder dierproeven in 2016, meer 'ongebruikte' dieren gedood” (Vrijdag 9 maart 2018, 21:05), NOS