blouson
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- blou·son
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blouson | blousons |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de blouson m
- kort, wijd jasje dat hoort bij casual kleding
- Blousons werden gecombineerd met kokerrokken met een panterprint en het klassieke ‘Out of Afrika’ beeld was compleet. En dat ouderwetse gevoel was precies het probleem van de show. Oversizede jasjes waren in de jaren tachtig een hit en maakten een paar jaar geleden een comeback. Maar zowel Afrika als de jaren tachtig zijn nu niet aan de orde. [2]
- windjack als deel van politie-uniform
- De politie stelt in een reactie dat „van meet af aan” vaststond dat agenten die extra zichtbaar moeten zijn, een goedgekeurd zichtbaarheidsvest of een gele zogenoemde blouson moeten dragen. [3]
Vertalingen
1. kort, wijd jasje dat hoort bij casual kleding
Gangbaarheid
- Het woord blouson staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "blouson" herkend door:
58 % | van de Nederlanders; |
81 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ blouson op website: Etymologiebank.nl
- ↑ De Telegraaf SELMA OGTEROP 08 nov. 2012 Madelieven, panterprints en schuifspeldjes
- ↑ De Telegraaf 28 feb. 2015 Politie: uniform voldoet wel aan de eisen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Frans
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
blouson | le blouson | blousons | les blousons |
Zelfstandig naamwoord
blouson m