Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bles·su·re·pro·bleem
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord blessureprobleem blessureproblemen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het blessureprobleemo

  1. moeilijkheid die ontstaat door een verwonding waardoor een sporter niet meer goed kan presteren
    • Kramer kwam door blessureproblemen lange tijd niet in actie. In maart 2010 was hij voor het laatst actief in een wedstrijd.[1] 
    • De blessureproblemen bij het nationale voetbalelftal van Engeland nemen toe. In het duel met België (1-0) raakten de Chelsea-verdedigers Gary Cahill en John Terry geblesseerd. De vrees bestaat dat Cahill zijn kaak heeft gebroken. Bij Terry moet de hamstring nader worden onderzocht.[2] 

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Het Parool 15 OKTOBER 2011 Toptijd Sven Kramer bij rentree
  2. de Telegraaf 08 nov. 2012 Opnieuw blessures bij Engeland