bioscoopstoel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bio·scoop·stoel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bioscoop en stoel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bioscoopstoel | bioscoopstoelen |
verkleinwoord | bioscoopstoeltje | bioscoopstoeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de bioscoopstoel m
- (meubel) een stoel in een bioscoopzaal
- Een loveseat is een bioscoopstoel voor twee personen.
Gangbaarheid
- Het woord bioscoopstoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.