Nederlands

 
ondanks de wind blijft de boot min of meer stilliggen
Uitspraak
Woordafbreking
  • bij·draai·en
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

bijdraaien

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bijdraaien
draaide bij
bijgedraaid
zwak -d volledig
  1. de zeilen van een zeilschip zo stellen dat de boot stil blijft liggen
  2. toegeven aan de wensen van een ander
    • Het eigenwijze kind zal heus wel bijdraaien, althans dat hoop ik. 
    • Andere waarnemers beklemtonen dat Rusland in eerste instantie economische belangen vooropstelt. Het heeft Europese investeerders nodig en zal daarom wel bijdraaien. Vraag is of de blijvende afhankelijkheid van de Europese markt werkelijk zal aanzetten tot een vriendelijker buitenlands beleid. Poetin heeft zeer nauwkeurig het Chinese ontwikkelingsmodel bestudeerd en geleerd dat het Westen toch zaken wil blijven doen, ondanks politieke en diplomatieke geschillen. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen