bezorgdienst
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·zorg·dienst
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bezorgen ww en dienst zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | bezorgdienst | bezorgdiensten |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de bezorgdienst m
- bedrijf, organisatie of deel daarvan dat producten van de leverancier naar de klant brengt
- ▸ De bezorgdienst stelt bovendien dat 90 procent van de bezorgers die nu als zzp-er aan de slag zijn meer verdient dan wanneer ze in loondienst waren, omdat ze nu per levering betaald krijgen.[1]
- ▸ Ook het uitbreiden van bezorgdienst Scoober kostte geld. Van oudsher regelde Thuisbezorgd alleen de bestellingen voor restaurants. Die moesten vervolgens met hun eigen mensen de maaltijden bezorgen. Maar Thuisbezorgd wil vaker de bezorging zelf doen, net zoals concurrenten Foodora, Deliveroo en Ubereats.[2]
Vertalingen
1. bedrijf, organisatie of deel daarvan dat producten van de leverancier naar de klant brengt
Gangbaarheid
- Het woord bezorgdienst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron “Bezorgers willen niet in vaste dienst, zegt Deliveroo” (14-09-2017), NOS
- ↑ Weblink bron “Meer bestellingen bij Thuisbezorgd.nl, maar fors verlies moederbedrijf” (02-08-2017), NOS
