Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·zich·tig·de

Werkwoord

vervoeging van
bezichtigen

bezichtigde

  1. enkelvoud verleden tijd van bezichtigen
    • Ik bezichtigde. 
    • Jij bezichtigde. 
    • Hij, zij, het bezichtigde. 
  2. verbogen vorm van bezichtigd, voltooid deelwoord van bezichtigen