Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·wijs·pro·bleem
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bewijsprobleem bewijsproblemen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bewijsprobleemo

  1. (juridisch) moeilijkheid met het aantonen dat een strafbaar feit echt heeft plaatsgevonden en door de verdachte is gepleegd
    • In 2000 stuurde toenmalig staatssecretaris Cohen nog een brief aan de Kamer waarin hij, in het licht van het Nationaliteitsverdrag, meldt dat aan een verliesbepaling op grond van deelname aan guerilla's of paramilitaire strijdkrachten ernstige bezwaren kleven. Vooral in verband met bewijsproblemen, en hij concludeert daarom dat van zo'n bepaling moet worden afgezien. Hoe ver zijn we nu afgezakt[1] 
    • ls raadsheer en voorzitter van de sector strafrecht krijgt Lemaire geregeld mensenhandelzaken onder ogen. Het pooierverbod zou volgens hem 'de vrouwen veel beter beschermen en veel bewijsproblemen voorkomen'.[2] 

Gangbaarheid

Verwijzingen